Download App

Download our app using application store!

Volvo SUV 2020 Starten en rijden -> Ontstekingsmodi

Beginnen en rijden  
Ontstekingsmodi  
Modusfuncties  
Modusfuncties  
De ontsteking van het voertuig kan in verschillende worden geplaatst  
modi (niveaus) om verschillende functies te maken  
beschikbaar.  
Om het gebruik van een beperkt aantal func-  
wanneer de motor niet loopt, de igni-  
kan worden geplaatst in een van de drie verschillende niveaus:  
0,IEnII. Deze niveaus worden "igni-  
Modi "in de eigenaarhandleiding.  
0
De kilometerteller, klok en tem-  
perature-meter zijn illumi-  
genateerdA.  
I
Het panoramische dak, kracht  
Windows, 12-volt elektrisch  
aansluiting in de passagierscom-  
deelname, Bluetooth, naviga-  
tie, telefoon, ventilator en wind-  
Schildwissers kunnen worden gebruikt.  
De kracht*stoelen kunnen zijn  
aangepast.  
De elektrische vensters kunnen zijn  
gebruikt.  
De power stoelen kunnen zijn  
aangepast.  
De volgende tabel laat zien welke functies zijn  
Beschikbaar in elke ontstekingsmodus:  
Het middelste display is geactiveerd  
en kan worden gebruiktA.  
De 12-volt elektrische socket*in  
het vrachtcompartiment kan zijn  
gebruikt.  
Het infotainmentsysteem kan  
worden gebruiktA.  
Elektrische stroom zal worden genomen  
Van de batterij in dit ontsteking  
modus.  
In deze modus zijn de functies  
Beschikbaar voor een beperkte tijd en  
Schakel vervolgens automatisch uit.  
II  
De koplampen verlichten.  
Waarschuwing/indicatielampen illumi-  
Nate gedurende 5 seconden.  
Een aantal andere systemen zijn  
geactiveerd. Stoel en  
Verwarming van de achterruit kan alleen  
worden geactiveerd wanneer de motor  
loopt.  
Deze ontstekingsmodus gebruikt veel  
stroom van de batterij en  
moet worden vermeden wanneer  
mogelijk!  
A
Ook geactiveerd wanneer de deur wordt geopend.  
}}  
* Optie/accessoire. 385  
 
Beginnen en rijden  
||  
Keer automatisch terug naar de oorspronkelijke posi-  
tie.  
Gerelateerde informatie  
Ontstekingsmodus selecteren  
Het voertuig starten (p. 382)  
De ontsteking van het voertuig kan in verschillende worden geplaatst  
modi (niveaus) om verschillende functies te maken  
beschikbaar.  
Ontstekingsmodus II- Draai de startknop  
met de klok mee en houd het daar voor  
ca. 5 seconden. Laat de knop los,  
die automatisch terugkeert naar de oorsprong  
nal positie.  
Het stuur instellen (p. 198)  
Spring beginnen met het gebruik van een andere batterij  
(p. 428)  
Een ontstekingsmodus selecteren  
Terug naar ontstekingsmodus 0- om terug te keren naar  
ontstekingsmodus0van modiIEnII, draai  
De startknop met de klok mee en los deze los.  
De besturingselie zal automatisch terugkeren naar de  
oorspronkelijke positie.  
Gerelateerde informatie  
Het voertuig starten (p. 382)  
Het voertuig uitschakelen (p. 384)  
Start de knop in de tunnelconsole.  
Het stuur instellen (p. 198)  
Ontstekingsmodus 0- Ontgrendel het voertuig en  
Houd de externe sleutel in de passagier  
compartiment.  
Spring beginnen met het gebruik van een andere batterij  
(p. 428)  
Om het niveau in te stellenIofII zonderMotorstart -  
DoennietDruk op het rempedaal (of koppeling  
pedaal voor voertuigen met handmatige transmis-  
sion) Bij het selecteren van deze ontstekingsmodus.  
Ontstekingsmodus i- Draai de startknop  
met de klok mee en laat het los. De controle zal  
386  
 
Beginnen en rijden  
Remfuncties  
Remmen  
Antiblokkeerremmen  
Het voertuig is uitgerust met een antiblokkering  
Remsysteem (ABS2), wat helpt voorkomen  
de wielen van vergrendelen en helpen bij te houden  
Stuurbesturing bij het remmen. Trillingen kunnen  
worden gevoeld uit het rempedaal wanneer ABS is  
werken, wat normaal is.  
De remmen van het voertuig worden gebruikt om te verminderen  
snelheid of voorkomen dat het voertuig rolt.  
Naast de wielremmen en parkeren  
remmen, het voertuig is ook uitgerust met een  
Aantal automatische remassistentfuncties.  
Deze systemen bieden hulp door b.v. de  
Driver hoeft het rempedaal niet te drukken  
bij een verkeerslicht, bij het opstarten van een heuvel of  
Bij het rijden van een heuvel.  
Het rempedaal wordt gebruikt om het voertuig aan te brengen  
Regelmatige remmen, die deel uitmaken van de rem  
systeem.  
Het voertuig is uitgerust met twee remcir-  
cabs. Als een remcircuit beschadigd is, is de  
rempedaal gaat verder naar beneden wanneer  
depressief. Er zal dan meer druk zijn  
vereist van de bestuurder voor normaal remmen  
effect.  
Nadat het voertuig is gestart, een korte test van de  
ABS -systeem wordt automatisch uitgevoerd wanneer  
De bestuurder brengt het rempedaal vrij. Een addi-  
tionale automatische test van het systeem kan zijn  
uitgevoerd wanneer het voertuig reist op een  
lage snelheid. Tijdens de test, het rempedaal  
kan het gevoel hebben dat het pulserend is.  
Afhankelijk van hoe het voertuig is uitgerust,  
De volgende remassistentfuncties kunnen zijn  
Inbegrepen:  
De druk van de bestuurder op het rempedaal is  
versterkt door een krachtremfunctie.  
Auto-hold remfunctie bij stilstand  
(Auto Hold)  
WAARSCHUWING  
Power Rem functioneert alleen als de motor  
loopt.  
Hill Start Assist (Hill Start Assist)  
Remassistent na een botsing  
Stadveiligheid  
Als het rempedaal wordt gebruikt wanneer de motor is  
uitgeschakeld, zal het pedaal stijver dan normaal aanvoelen  
en een grotere druk moet worden uitgeoefend op rem  
het voertuig.  
Hill Descent Control (Hill Descent  
Controle)*  
Gerelateerde informatie  
In zeer heuvelachtige gebieden of bij het rijden met een zware  
lading, motorremmen in handmatig versnelling moet zijn  
gebruikt om de remmen te vergroten. Motorremmen is  
het meest effectief als dezelfde uitrusting beide wordt gebruikt  
bergopwaarts en bergafwaarts. Gebruik de off -road*drive  
Modus om het motorkapeffect te vergroten  
Bij het rijden op steile downgrades op laag  
snelheden.  
Parkeerrem (p. 390)  
Auto-hold brakes (p. 393)  
Remassistent na een botsing (p. 395)  
Hill Start Assist (p. 395)  
Stadveiligheid(p. 316)  
Hill Descent Control*(p. 418)  
}}  
* Optie/accessoire. 387