VERLICHTING
Druk op de knop om de lichten aan/uit te schakelen.
Het symbool in het display van de bestuurder illumi-
Nates wanneer de achterste mistlamp is ingeschakeld.
Achterste mistlamp
Remlichten
Het remlicht komt automatisch op
remmen.
Het remlicht wordt verlicht wanneer de rem
Pedaal is depressief en wanneer de auto is gebakken
automatisch door een van de ondersteuning van de bestuurder
tems.
De achterste mistlamp is aanzienlijk sterker
dan de normale achterlichten en zou alleen moeten zijn
gebruikt in verminderd zicht als gevolg van mist, sneeuw,
rook of stof zodat andere weggebruikers hebben
Een vroege waarschuwing voor een voertuig voor ons.
De achterste mistlamp is automatisch uitgeschakeld
wanneer:
de auto is uitgeschakeld of wanneer de rotat-
ing ring op de stengelschakelaar is ingesteld op de
•
Gerelateerde informatie
positie
•
•
•
•
De roterende ring van de stengelschakelaar is in positief
•
Remfuncties (p. 401)
tion
en de voorste mistlampen zijn
uitgeschakeld.
Veranderende remlamp (p. 605)
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)
Voorschriften voor het gebruik van mistlampen achter
variëren van land tot land.
Knop voor mistlamp achter.
Gerelateerde informatie
De achterste mistlamp is een lamp aan de achterkant van de
Auto, aan de kant van de bestuurder.
Verlichtingsregeling (p. 138)
•
•
•
•
Voorste mistlampen/bochtenlichten*(p. 145)
Ontstekposities (p. 398)
De achterste mistlamp kan alleen worden ingeschakeld
wanneer:
De achterste mistlamplamp vervangen (p. 606)
ontstekingspositieIIis actief en de rotat-
•
ing ring op de stengelschakelaar is in positie
of
De roterende ring van de stengelschakelaar is in positief
•
tion
en de voorste mistlampen zijn
ingeschakeld.
146
* Optie/accessoire.