Volvo SUV 2020 Verlichting -> Veilige verlichting in huis gebruiken

VERLICHTING  
Home Safe Lighting gebruiken  
Nader de lichtduur  
Interieurverlichting  
Een deel van de buitenverlichting kan worden bewaard  
Geschakeld om te werken als veilige verlichting thuis  
Nadat de auto is vergrendeld.  
Naderingsverlichting is ingeschakeld wanneer de  
Auto is ontgrendeld en wordt gebruikt om de  
De verlichting van de auto op afstand.  
Het passagierscompartiment is uitgerust  
Met verschillende soorten verlichting, b.v. algemeen  
Interieurverlichting, verstelbare decorverlichting  
en het lezen van verlichting.  
Om de functie te activeren:  
De functie wordt geactiveerd wanneer de afstandsbediening  
Controle sleutel wordt gebruikt voor ontgrendeling. Bij daglicht,  
Positielampen, binnenlampen van het dak, vloerverlichting  
en vrachtverlichting wordt geactiveerd. In zwak  
Daglicht of duisternis, nummerplaatverlichting  
en verlichting in de buitenste handgrepen zijn ook acti-  
gevateerd*met hun lichtbron gericht op  
de grond.  
1. Schakelaar van de auto.  
Alle verlichting in het passagierscompartiment kan  
in ieder geval handmatig in- en uitschakelen  
5 minuten vanaf wanneer:  
2. Move De linker stengelschakelaar naar voren  
Op weg naar het instrumentenpaneel en release.  
de auto is uitgeschakeld en zijn elec-  
3. Krijgen Uit de auto en sluit de deur op.  
Trical System bevindt zich in ontstekingspositie0  
> A Symbool in het display van de bestuurder is illumi-  
Nated om aan te geven dat de functie is  
geactiveerd en buitenverlichting is geschakeld  
Aan: Positielampen, koplampstralen,  
nummerplaatverlichting en verlichting in  
buitenste handgrepen*.  
de auto is ontgrendeld, maar dat is niet  
maar toch gestart.  
De verlichting blijft ongeveer. 2 minuten als  
Er worden geen deuren geopend. Als een deur wordt geopend  
Binnen de activeringstijd, de tijd voor de  
interieurverlichting en verlichting in de buitenste han-  
debiet*zal worden uitgebreid.  
Voorste dakverlichting  
De tijd dat het huis veilige verlichting thuis is  
Overblijfselen kunnen worden ingesteld via het middelste display.  
De functie kan worden geactiveerd en gedeactiveerd  
via het middelste display.  
Gerelateerde informatie  
Gerelateerde informatie  
Lichtfuncties aanpassen via het midden  
display (p. 139)  
Lichtfuncties aanpassen via het midden  
display (p. 139)  
Afstandsbedieningsleutel (p. 219)  
Bedieningselementen in het dakconsole voor de leeslampen vooraan  
en verlichting van de passagierscompartiment.  
Leeslamp, linkerzijde  
Verlichting van de passagierscompartiment  
148  
* Optie/accessoire.  
 
VERLICHTING  
Autofunctie voor passagierscompartiment  
verlichting  
De verlichting van de passagierscompartiment gaat af  
wanneer:  
Leeslamp, rechtszijde  
De auto is vergrendeld  
De auto is gestart  
Een zijdeur is gesloten  
Leesverlichting lezen  
De leeslampen aan de rechterkant en linkshand  
kanten kunnen worden ingeschakeld door kort te drukken  
ing de knoppen in de dakconsole. Helderheid  
wordt aangepast door de knop ingedrukt te houden.  
Een zijdeur is ongeveer open gebleven.  
2 minuten.  
Achterste dakverlichting*  
Verlichting van de passagierscompartiment  
De vloerverlichting en het binnenste dakverlichting zijn  
in- of uitgeschakeld met een korte pers op de  
knop in de dakconsole.  
Het achterste deel van de auto heeft leesverlichting,  
die ook wordt gebruikt als passagierscompartiment  
verlichting.  
In auto's met panoramerdak*Er zijn twee lamp -eenheden,  
één aan elke kant van het dak.  
Autofunctie voor passagierscompartiment  
verlichting  
De leeslampen zijn door ingeschakeld  
kort op de knop op de lamp drukken.  
De helderheid wordt aangepast door de knop vast te houden  
ingedrukt.  
De automatische functie wordt geactiveerd door een korte  
druk op deAUTOknop in de dakconsole.  
Met het automatische systeem geactiveerd, het licht  
indicator in de knop verlicht en de pas-  
Senger -compartimentverlichting is ingeschakeld  
en uit volgens het volgende.  
Glovebox -verlichting  
GloveBox -verlichting is in en uit geschakeld  
respectievelijk wanneer het deksel wordt geopend of gesloten.  
De verlichting van de passagierscompartiment komt  
op wanneer:  
Zonnevizier Spiegelverlichting*  
De verlichting voor de spiegel in het zonoverzicht is  
respectievelijk in- en uitgeschakeld wanneer de  
deksel wordt geopend of gesloten.  
De auto is ontgrendeld  
Leeslampen boven de achterbank.  
De auto is uitgeschakeld  
Een zijdeur wordt geopend.  
Grondverlichting*  
De grondverlichting is ingeschakeld als  
De bijbehorende deur is geopend of gesloten.  
}}  
* Optie/accessoire. 149  
VERLICHTING  
||  
Helderheid kan nauwkeurig worden aangepast met behulp van de  
Duimwiel in het instrumentenpaneel.  
Verlichting in de vrachtruimte  
De verlichting in de vrachtruimte is ingeschakeld of  
Uit wanneer de achterklep wordt geopend of gesloten.  
Interieurverlichting aanpassen  
De lampen in de auto komen anders aan  
Afhankelijk van de gebruikte ontstekingspositie. De  
interieurverlichting kan worden aangepast met een  
duimwiel in het instrumentenpaneel, en cer-  
Tain -lichtfuncties kunnen ook worden aangepast via  
het middelste display.  
Gerelateerde informatie  
Decorverlichting  
Het omgevingslicht is ingeschakeld wanneer u  
open de deuren en is uitgeschakeld wanneer de  
Auto is vergrendeld. De intensiteit van het decorlicht-  
ing kan worden aangepast in het middenscherm en  
Ook precies aangepast met behulp van het duimwiel  
in het instrumentenpaneel.  
Verlichtingsregeling (p. 138)  
Ontstekposities (p. 398)  
Het duimwiel op de  
instrumentenpaneel, links  
van het stuur wordt gebruikt  
Om de helderheid van te aanpassen  
Passagierscompartiment interieur (p. 552)  
De display -verlichting, bedieningselementen  
verlichting, omgevingsdecor illumi-  
natie en sfeerlicht*.  
Sfeerlichten*  
De auto is uitgerust met LED's die het maken  
mogelijk om de kleur van het licht te veranderen.  
Deze lichten zijn ingeschakeld wanneer de auto is  
rennen. Het sfeerlicht kan worden aangepast  
het middelste display en ook precies aangepast  
Gebruik het duimwiel in het instrumentenpaneel.  
Verlichtheid van het omgevingsdecoratie aanpassen  
1.  
DrukkenInstellingenin het bovenaanzicht in de cen-  
Drie display.  
2. Druk op Mijn auto Lichten en verlichting  
Interieurverlichting.  
Verlichting in opslagcompartimenten in  
deuren  
3. Kies tussen de volgende instellingen:  
De verlichting in de opslagcompartimenten in  
De deuren worden ingeschakeld wanneer u de  
deuren en is uitgeschakeld wanneer de auto is  
vergrendeld. De helderheid kan precies zijn  
aangepast met behulp van het duimwiel in de instu-  
mentpaneel.  
OnderOmgevingslichtintensiteit, selecteren  
vanUit,LaagEnHoog.  
OnderOmgevingslichtniveau, selecteren  
vanVerminderdEnVol.  
Sfeerlicht aanpassen*  
Verlichting aan de voorkant van de tunnelconsole  
bekerhouder  
De verlichting in de voorste beker houders is  
ingeschakeld wanneer de auto is ontgrendeld en is  
Uitgeschakeld wanneer de auto is vergrendeld. De  
De auto is uitgerust met een aantal LED's  
die het mogelijk maken om de kleur van te veranderen  
het licht. Deze lichten zijn ingeschakeld wanneer  
De auto is uitgevoerd.  
150  
* Optie/accessoire.  
 
VERLICHTING  
Ontstekposities (p. 398)  
De helderheid van de lichten veranderen  
1.  
DrukkenInstellingenin het bovenaanzicht in de cen-  
Drie display.  
2. Druk op Mijn auto Lichten en verlichting  
Interieurverlichting Interieur stemming  
Verlichting.  
3.  
OnderIntensiteit van de interieur stemmingslicht,  
Selecteer uitUit,LaagEnHoog.  
De kleur van het licht veranderen  
1.  
DrukkenInstellingenin het bovenaanzicht in de cen-  
Drie display.  
2. Druk op Mijn auto Lichten en verlichting  
Interieurverlichting Interieur stemming  
Verlichting.  
3.  
Kies tussenDoor temperatuurEn  
Door kleurOm de kleur van te veranderen  
het licht.  
Met deDoor temperatuuroptie, de  
Licht verandert volgens de set passeer-  
GER -compartimenttemperatuur.  
Met deDoor kleuroptie, deThema  
KleurenSubcategorie kan worden gebruikt  
Pas verder aan.  
Gerelateerde informatie  
Lichtfuncties aanpassen via het midden  
display (p. 139)  
151  
Ramen, glas en spiegels