Volvo SUV 2020 Bestuurdersondersteuning -> Inhaalhulp

Driversteun  
Hulp bijhouden*  
Gebruik inhaalhulp  
WAARSCHUWING  
Hulp bij het inhalen kan de bestuurder helpen  
Bij het inhalen van andere voertuigen. De functie  
kan worden gebruikt met adaptieve cruise control*of  
Piloothulp*.  
Wanneer adaptieve cruise control of piloothulp is  
het volgen van een ander voertuig en de bestuurder van  
Cates de bedoeling om in te halen door te activeren  
De richtingindicator86, de systemen helpen door  
het voertuig versnellen naar het voertuig  
vooruitvoorHet voertuig van de bestuurder bereikt de  
Lane inhalen.  
Hulp bij het inhalen kan worden gebruikt met  
Adaptieve cruise control*of piloothulp*. Daar  
zijn een aantal criteria als het inhalen van assis-  
Tance moet worden gebruikt.  
De volgende voorwaarden moeten bestaan ​​voor over-  
hulp nemen om geactiveerd te worden:  
De functie is aanvullend stuurprogramma  
Ondersteuning bedoeld om het rijden te vergemakkelijken  
en het veiliger maken - het kan niet alles aan  
situaties in alle verkeer, weer en  
Wegomstandigheden.  
De bestuurder wordt geadviseerd om alle sec-  
in de handleiding van de eigenaar die betrekking hebben  
naar deze functie om te leren over factoren  
zoals zijn beperkingen en wat de  
Bestuurder moet op de hoogte zijn voordat u gebruikt  
het systeem.  
Er moet een voertuig vooraan staan ​​(de 'tar-  
krijg voertuig ”)  
Uw auto'shuidige snelheidis  
Minimaal 70 km/u (43 mph)  
de opgeslagen snelheidmoet hoog genoeg zijn  
De functie vertraagt ​​vervolgens de verlagingssnelheid in  
opdracht om voortijdige remmen te voorkomen wanneer de  
De auto van de bestuurder nadert een langzamer voertuig.  
voor het inhalen om veilig te plaatsvinden.  
Driversteunondersteuningsfuncties zijn geen sub-  
steden voor de aandacht van de bestuurder en  
oordeel. De bestuurder is altijd  
verantwoordelijk voor het verzekeren van de auto  
op een veilige manier gedreven, op de goedkeuring  
Priate snelheid, met een geschikte dis-  
tance naar andere voertuigen, en in overeenstemming  
anne met huidige verkeersregels en reg-  
ulaties.  
Om de inhaalhulp te starten:  
Activeer de richtingindicator.  
De functie blijft actief totdat de bestuurder  
Voertuig heeft het ingehaalde voertuig gewist.  
Gebruik de linkerrichtingindicator in een  
Linker rijden auto rechts in een rechterhand  
Rijd auto.  
WAARSCHUWING  
> Overhalen Hulp wordt gestart.  
Houd er rekening mee dat deze functie kan zijn  
gevateerd in meer situaties dan tijdens over-  
nemen, b.v. Wanneer een richtingindicator is  
gebruikt om een ​​verandering van rijstrook aan te geven of af te sluiten  
Een andere weg - de auto zal dan versnellen  
kort.  
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
86  
Op de linkerflits alleen in de linkerweg van de linkeraandrijving, of rechterflits in de rechterhandaandrijving.  
}}  
* Optie/accessoire. 323  
 
Driversteun  
||  
akoestische waarschuwing worden geactiveerd om de  
bestuurder die onmiddellijke interventie vereist is.  
Waarschuwing voor ondersteuning van de bestuurder in de  
gebeurtenis van een botsingsrisico  
De Driver Support Systems of Adaptive Cruise  
controle*en piloothulp*Kan de bestuurder waarschuwen  
Als de afstand tot het voertuig plotseling  
wordt te kort.  
WAARSCHUWING  
Bij gebruik van de inhaalhulp  
Systeem, de bestuurder moet zich ervan bewust zijn  
Er kan ongewenste versnelling zijn als de  
omstandigheden veranderen plotseling.  
WAARSCHUWING  
De ondersteuningssystemen van de bestuurder waarschuwen alleen voor  
Voertuigen die hun radareenheid heeft gedetecteerd  
- Daarom mag een waarschuwing niet worden gegeven, of het  
kan met een bepaalde vertraging worden gegeven. Nooit  
Wacht op een waarschuwing. Breng de remmen aan wanneer  
de situatie vereist.  
Sommige situaties moeten daarom Avoi-  
Ded, zoals:  
De auto nadert een uitgang om te draaien  
Uit in dezelfde richting als inhalen  
zou normaal voorkomen.  
Het voertuig voor ons vertraagt ​​eerder  
De auto van de bestuurder is overgestoken naar  
de inhalende baan.  
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
Het verkeer in de inhaalstrook vertraagt  
omlaag.  
Een auto met de rechterhand wordt in een  
provincie met links verkeer (of vice  
Versa).  
Audio en symbool voor botsingswaarschuwing  
Akoestisch signaal in het geval van een risico van col-  
verhuizing  
Dit soort situaties kunnen worden vermeden door  
tijdelijk adaptieve cruise control instellen  
of pilootassistent in de standby -modus.  
Waarschuwingssignaal in het geval van een risico van col-  
verhuizing  
Gerelateerde informatie  
Afstandsmeting met de camera  
en radar -eenheid  
Adaptieve cruise control en piloothulpgebruik  
ca. 40% van de capaciteit van de voetrem.  
Als de auto zwaarder moet worden gebakken  
dan de ondersteuning van de bestuurder kan en de  
Driver remt niet, de waarschuwingslamp en  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
Standby -modus voor adaptieve cruise control*  
(p. 308)  
Standby -modus voor piloothulp*(p. 318)  
324  
* Optie/accessoire.  
Driversteun  
Wijziging van het doelwit met bestuurder  
steun  
De chauffeur ondersteunt aan adaptieve cruise  
trol*en piloothulp*, in combinatie met  
Automatische transmissie, wijziging van de teen-  
Krijg de functie met bepaalde snelheden.  
Stel de opgeslagen snelheid in voor bestuurder  
WAARSCHUWING  
steun  
Wanneer de driversteunen volgen  
Nog een voertuig bij snelhedenboven  
ca. 30 km/u (20 mph) en het doelwit  
wordt gewijzigd van een bewegend voertuig naar een sta-  
tionair voertuig, de Driver STUUTEN zal  
negerenhet stationaire voertuig en in plaats daarvan  
versnellen tot de opgeslagen snelheid.  
Het is mogelijk om opgeslagen snelheid in te stellen voor de  
Speed ​​Limiter, Cruise Control, Adaptive Cruise  
controle*en piloothulp*functies.  
Verandering van doelwit  
De bestuurder moet hem dan ingrijpen/  
zichzelf en rem.  
Automatische standby -modus met verandering van  
doel  
De ondersteuning van de bestuurder is ontketend en ingesteld  
Standby -modus:  
Wanneer de snelheid lager is dan 5 km/u (3 mph)  
en de ondersteuning van de bestuurder is onzeker  
of het doelobject stationair is  
voertuig of een ander object, zoals een snelheid  
buil.  
Als het doelvoertuig vooraan plotseling draait, dan is daar dan  
kan stationair verkeer vooraan zijn.  
: Verhoogt de opgeslagen snelheid  
Wanneer de driversteunen volgen  
Nog een voertuig bij snelhedenonderstaand30 km/h  
(20 mph) en verandert het doelvoertuig - van een  
Verplaatsingsvoertuig naar een stationair voertuig - de  
Driversteunen vertragen voor het station-  
en voertuig.  
: Vermindert de opgeslagen snelheid  
Opgeslagen snelheid  
Wanneer de snelheid lager is dan 5 km/u (3 mph)  
en het voor zich voorgaande voertuig wordt zo uitgeschakeld dat de  
Driversteunen hebben niet langer een voertuig om  
volgen.  
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
}}  
* Optie/accessoire. 325  
Driversteun  
||  
Wijzig een ingestelde snelheid met korte persen aan  
de stuurknoppen (1) of  
(2) of door ze te drukken en vast te houden.  
Pilot Assist kan stuurhulp bieden van  
Bijna stationair tot 140 km/u (87 mph).  
Stel het tijdsinterval in op voertuig vooruit  
Het is mogelijk om het tijdsinterval in te stellen op de  
voertuig voor ons te onderhouden door de aanpassing  
tive cruise control*, Pilot Assist*en afstand  
Waarschuwing*functies.  
Merk op dat de laagste programmeerbare snelheid is  
30 km/u (20 mph) - hoewel het in staat is  
van het volgen van een ander voertuig tot 0 km/u, a  
Snelheid lager dan 30 km/u (20 mph) kan niet  
worden geselecteerd/opgeslagen.  
Kortdrukt: elke pers verandert de  
Snelheid in stappen van +/- 5 km/h  
(+/- 5 mph).  
Verschillende tijdsintervallen naar de  
Voertuig vooraan kan zijn  
geselecteerd en getoond in de  
Driver Display als 1-5 horizon-  
Tal Lines - hoe meer lijnen de  
langer het tijdsinterval. Een  
Lijn vertegenwoordigt ongeveer 1 sec-  
DrukkenEnuitstel: Laat de knop los  
Wanneer de snelheidsindicator (3) heeft  
verplaatst naar de gewenste snelheid.  
Handmatige versnellingsbak  
De ondersteuningsfuncties van de bestuurder kunnen volgen  
Een ander voertuig bij snelheden van 30 km/u  
(20 mph) tot 200 km/u (125 mph).  
> De snelheid ingesteld na de laatste knop  
Press wordt opgeslagen in het geheugen.  
Ond naar het voertuig vooraan, 5 lijnen vertegenwoordigen  
ongeveer 3 seconden.  
Pilot Assist kan stuurhulp bieden van  
30 km/u (20 mph) tot 140 km/u (87 mph).  
Effect van het gaspedaal  
Als de bestuurder de snelheid van de auto verhoogt met behulp van  
het versneller pedaal voordat je op de  
De laagste programmeerbare snelheid is 30 km/u  
(20 mph) - De maximale snelheid is 200 km/u  
(125 mph).  
stuurknop  
(1), de snelheid  
Wanneer het symbool in het stuurprogramma -display  
toont een auto en een stuurwiel, piloot  
Assist volgt een voertuig vooraan bij een vooraf ingestelde  
tijdkloof.  
opgeslagen zal de snelheid van de auto zijn wanneer de knop  
is depressief, op voorwaarde dat de voet van de bestuurder is ingeschakeld  
het versneller pedaal op het moment dat de  
knop is depressief.  
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Speed ​​Limiter (p. 293)  
Wanneer slechts één stuur wordt getoond,  
er is geen voertuig binnen een redelijke dis-  
tance vooruit.  
Een tijdelijke snelheidstoename met de versnelling  
erator pedaal, b.v. tijdens het inhalen, niet  
invloed op de instelling - de auto keert terug naar de laatste  
opgeslagen snelheid wanneer het gaspedaal is  
uitgegeven.  
Cruise Control (p. 300)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
Mogelijke snelheid  
Automatische versnellingsbak  
De ondersteuningsfuncties van de bestuurder kunnen volgen  
Nog een voertuig met snelheden van 0 km/u tot  
200 km/u (125 mph).  
326  
* Optie/accessoire.  
 
Driversteun  
De adaptieve cruise control maakt de tijd mogelijk  
interval om in bepaalde situaties aanzienlijk te variëren  
om de auto te laten volgen  
Voertuig vooraan soepel en comfortabel. Bij  
lage snelheid, wanneer de afstanden kort zijn, de  
Adaptieve cruise control verhoogt de tijd  
interval enigszins.  
Gerelateerde informatie  
Wanneer het symbool in het stuurprogramma -display  
toont twee auto's, adaptieve cruise control is  
het voertuig vooraan volgen bij een vooraf ingestelde  
tijdsinterval.  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
Als er maar één auto wordt getoond, is er geen  
voertuig op een redelijke afstand vooruit.  
Hoe hoger de snelheid, hoe langer de  
berekende afstand in meters voor een  
gegeven tijdsinterval.  
Gebruik alleen de toegestane tijdsintervallen  
door lokale verkeersvoorschriften.  
Als de chauffeur ondersteunt, lijkt het niet  
reageer met een snelheidsverhoging wanneer  
geactiveerd, kan het zijn omdat de tijd  
venster naar het voertuig voor de komende voertuig is korter  
dan het ingestelde tijdvenster.  
Controle voor tijdsinterval.  
Het tijdsinterval verminderen  
WAARSCHUWING  
Gebruik alleen een tijdvenster dat past bij de  
Huidige verkeersomstandigheden.  
Verhoog tijdsinterval  
Afstandsindicator  
De bestuurder moet zich ervan bewust zijn dat kort  
Tijdvensters beperken de hoeveelheid tijd  
beschikbaar om te reageren en actie te ondernemen in een  
onverwachte verkeerssituatie.  
Druk op de stuurwielknop (1) of (2)  
om het tijdsinterval te vergroten of te verminderen.  
> De Afstandsindicator (3) toont de  
Huidig ​​tijdsinterval.  
* Optie/accessoire. 327  
Driversteun  
Stuur modi aan wanneer u tijd gebruikt  
Interval voor voertuigen  
De bestuurder kan verschillende rijstijlen selecteren  
voor hoe de ondersteuning van de bestuurder de  
vooraf ingestelde tijdsinterval naar het voor ons liggende voertuig.  
Selectie wordt gemaakt via de besturing van de aandrijfmodus  
Drive -modus.  
Automatisch remmen met bestuurder  
steun  
De chauffeur ondersteunt aan adaptieve cruise  
trol*en piloothulp*heb een speciale rem  
Functie in langzaam verkeer en terwijl stationair.  
In bepaalde situaties is de parkeerrem  
toegepast om de auto stationair te houden.  
WAARSCHUWING  
Driver ondersteunt alleen waarschuwing voor obstakels  
die hun radareenheid heeft gedetecteerd -  
Daarom mag een waarschuwing niet worden gegeven, of zo  
kan met een bepaalde vertraging worden gegeven.  
Wacht nooit op een waarschuwing of intervent  
tie. Breng de remmen aan wanneer de Situa-  
vereist.  
Selecteer een van de volgende opties:  
Remfunctie in langzame wachtrijen en  
Terwijl stationair  
Eco- De ondersteuning van de bestuurder richt zich op het goede  
brandstofverbruik, wat langere tijd betekent  
Interval naar het voertuig dat voor ons ligt.  
Voor kortere stops in verband met inching in  
langzaam verkeer of bij verkeerslichten, rijden is automatisch  
Matisch hervat als de stops niet hoger zijn dan  
ca. 3 seconden - als het eerder langer duurt  
Het voertuig vooraan begint dan weer te bewegen  
De ondersteuningsfunctie van de bestuurder is ingesteld in stand -by  
modus met automatisch remmen.  
De ondersteuning van de bestuurder kan de auto-sta-  
maximaal 10 minuten voor meer dan 10 minuten -  
dan wordt de parkeerrem toegepast en de  
Functie is losgemaakt.  
Comfort- De ondersteuning van de bestuurder richt zich op  
na het ingestelde tijdsinterval naar de voertuig  
Cle zo soepel mogelijk vooruit.  
Dynamisch*- De ondersteuning van de bestuurder richt zich op  
na het ingestelde tijdsinterval naar de voertuig  
Cle meer vooruit, wat in zekerheid  
Gevallen kunnen zwaardere versnelling betekenen en  
Remmen.  
Voordat de stuurprogrammasteuning kan reactiva zijn  
Ted, de parkeerrem moet worden vrijgegeven.  
De functie wordt opnieuw geactiveerd in een van de  
volgende manieren:  
Druk op de stuurwielknop  
Druk op het versnellerpedaal.  
.
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Aandrijfmodi*(p. 416)  
> De Functie wordt hervat na de  
voertuig vooruit als het begint te bewegen  
wijk binnen ca. 6 seconden.  
WAARSCHUWING  
Een aanzienlijke toename van de snelheid kan volgen  
Wanneer de snelheid wordt hervat met de  
Stuurwielknop.  
328  
* Optie/accessoire.  
 
Driversteun  
Stoppen met automatisch remmen  
Gerelateerde informatie  
Lane Assistance  
De functie van de rijstrook die hulp houdt (LKA87  
)
In sommige situaties stopt automatisch remmen  
Bij het stilstaan ​​en de functie is  
ingesteld in de standby -modus. Dit betekent dat de  
remmen worden vrijgegeven en de auto kan beginnen  
Roll - de bestuurder moet daarom ingrijpen en  
rem de auto zelf om het station te houden-  
En.  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Adaptieve cruise control*(p. 303)  
Piloothulp*(p. 312)  
is om de bestuurder te helpen het risico van de  
Auto laat per ongeluk zijn eigen rijstrook achter  
snelwegen en soortgelijke belangrijke routes.  
Lane houden AID stuurt de auto terug in zijn  
Lane en/of waarschuwt de bestuurder met trillingen in  
het stuurwiel.  
Remfuncties (p. 401)  
Dit kan plaatsvinden in een van de volgende sit-  
Uations:  
Lane houden AID is actief binnen de snelheid  
Bereik 65200 km/u (40125 mph) op wegen  
met duidelijk zichtbare zijlijnen.  
De bestuurder legt zijn/haar voet op de rem  
pedaal.  
Op smalle wegen kan de functie niet beschikbaar zijn  
bekwaam, in welk geval het in stand -by -modus gaat.  
De functie komt weer beschikbaar wanneer  
De weg is breed genoeg.  
De parkeerrem wordt toegepast.  
De tandwielselector wordt verplaatstP,N, ofR  
positie.  
De bestuurder stelt de adaptieve cruise control in  
of piloothulp tot standby -modus.  
Automatische activering van parkeerrem  
De parkeerrem wordt toegepast als de functie is  
Houd de auto stationair vast met de voetrem  
En:  
De bestuurder opent de deur of vertrekt  
zijn/haar veiligheidsgordel.  
De functie heeft de auto stationair gehouden  
voor meer dan ongeveer. 10 minuten.  
De remmen zijn oververhit.  
Een camera leest de zijlijnen van de weg/rijstrook.  
De bestuurder schakelt de motor uit.  
87  
Rijstrook bijhouden  
}}  
* Optie/accessoire. 329