Volvo SUV 2020 Bestuurdersondersteuning -> Cruisecontrol

Driversteun  
Marker voor opgeslagen snelheid  
De huidige snelheid van de auto  
Opgeslagen snelheid  
Beperkingen voor automatische snelheid  
limiter  
Automatische snelheidsbeperking (ASL47) neemt  
Plaats het gebruik van snelheidsinformatie van de weg  
Onderteken informatiefunctie*(RSI48) - niet van  
De snelheidslimiete wegtekens die de auto  
passeert.  
Cruisecontrole  
De cruise control (CC49) helpt de bestuurder  
handhaven een gelijkmatige snelheid, wat kan leiden tot  
Meer ontspannen rijden op snelwegen en lang,  
Rechte wegen in reguliere verkeersstromen.  
In auto's uitgerust met adaptieve cruise  
trol*(ACC50), het is mogelijk om te schakelen  
tussen cruise control en adaptieve cruise  
controle.  
Als verkeersondertekeninformatie niet kan interpreteren en  
verstrek snelheidsinformatie aan de supicering van de bestuurder  
Poortsystemen, de automatische snelheidsbegrenzer is  
Stel in de stand -by -modus en verandert in normaal  
snelheidsbegrenzer. In dergelijke gevallen moet de bestuurder  
ingrijpen en rem naar een geschikte snelheid.  
De automatische snelheidsbegrenzer wordt opnieuw geactiveerd  
Wanneer verkeersondertekeninformatie opnieuw kan  
Interpreteer en geef snelheidsinformatie.  
Knoppen en symbolen voor de functie  
Gerelateerde informatie  
Speed ​​Limiter (p. 293)  
: Activeert cruise control van stand -by  
Modus en hervatten opgeslagen snelheid  
Automatische snelheidsbegrenzer (p. 297)  
Road Sign Information*(p. 287)  
: Verhoogt de opgeslagen snelheid  
:Uit de stand -by -modus- Activeert  
Cruise control en slaat de huidige snelheid op  
:Uit de actieve modus- Deactiveert/  
verandert cruise control in stand -by modus  
: Vermindert de opgeslagen snelheid  
47  
48  
49  
50  
Automatische snelheidsbegrenzer  
Road Sign Information - RSI  
Cruisecontrole  
Adaptieve cruise control  
300  
* Optie/accessoire.  
 
Driversteun  
Om dit te doen, ga als volgt verder:  
Cruise selecteren en activeren  
WAARSCHUWING  
controle  
Druk op het versnellingspedaal ongeveer de helft  
weg naar beneden en loslaten.  
De functie is aanvullend stuurprogramma  
Ondersteuning bedoeld om het rijden te vergemakkelijken  
en het veiliger maken - het kan niet alles aan  
situaties in alle verkeer, weer en  
Wegomstandigheden.  
De cruise control -functie (CC51) moet eerst  
worden geselecteerd en geactiveerd om in staat te zijn  
Om de snelheid te reguleren.  
> Cruise Controle zal zijn auto-  
Matic voetremmen en gebruikt vervolgens  
Motorremmen alleen.  
De bestuurder wordt geadviseerd om alle sec-  
in de handleiding van de eigenaar die betrekking hebben  
naar deze functie om te leren over factoren  
zoals zijn beperkingen en wat de  
Bestuurder moet op de hoogte zijn voordat u gebruikt  
het systeem.  
Gerelateerde informatie  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
Driversteunondersteuningsfuncties zijn geen sub-  
steden voor de aandacht van de bestuurder en  
oordeel. De bestuurder is altijd  
verantwoordelijk voor het verzekeren van de auto  
op een veilige manier gedreven, op de goedkeuring  
Priate snelheid, met een geschikte dis-  
tance naar andere voertuigen, en in overeenstemming  
anne met huidige verkeersregels en reg-  
ulaties.  
Stel de opgeslagen snelheid in voor de ondersteuning van de bestuurder  
(p. 325)  
Om de cruise control te starten van de  
Standby -modus, de huidige snelheid van de auto moet  
zijn 30 km/u (20 mph) of hoger.  
1. Druk op (1) of(3) om naar het symbool te scrollen  
voor cruise control  
(4).  
Motorremmen gebruiken in plaats van de  
voetrem  
> De Symbool is grijs - cruise control is binnen  
Standby -modus.  
Met cruise control wordt snelheid gereguleerd met  
Minder frequente toepassing van de voetrem. Op  
Een downhill -gradiënt kan het soms zijn  
wenselijk om iets sneller te gaan bewegen en  
Beperk de versnelling door motorremmen. Hierin  
geval De bestuurder kan de voet tijdelijk uitschakelen  
remtoepassing door cruise control.  
}}  
* Optie/accessoire. 301  
 
Driversteun  
||2. Wanneer Cruise Control is geselecteerd - Druk op  
Cruisecontrole deactiveren  
Cruise Control (CC52) kan worden gedeactiveerd en  
uitgeschakeld.  
Gerelateerde informatie  
de stuurwielknop  
Vate.  
(2) Acti-  
> De Symbool is wit - cruise control is  
gestart en de huidige snelheid wordt opgeslagen  
als maximale snelheid. De laagste snelheid  
die kan worden opgeslagen is 30 km/u  
(20 mph).  
Cruise control naar de laatste reactiveren  
opgeslagen snelheid  
Wanneer cruise control is geselecteerd - druk op  
de stuurwielknop om te activeren.  
> De cruise control markeringen en sym-  
bols in de display van de bestuurder veranderen kleur  
Van grijs tot wit - de auto zal  
Volg nu de meest recent opgeslagen  
snel snel.  
Druk op de stuurwielknop  
(2).  
1.  
> De Symbool en indicatoren worden grijs -  
Cruise control is ingesteld in de standby -modus.  
WAARSCHUWING  
2. Druk op de stuurwielknop(1) of▶  
Een aanzienlijke toename van de snelheid kan volgen  
(3) om te veranderen in een andere functie.  
Wanneer de snelheid wordt hervat met de  
Stuurwielknop.  
> De het symbool van het display en indica-  
Tor voor cruise control (4) zijn geschakeld  
UIT- Dat verwijdert de opgeslagen maxi-  
Mama snelheid.  
Gerelateerde informatie  
51  
Cruisecontrole  
Cruisecontrole  
52  
302  
* Optie/accessoire.  
 
Driversteun  
Adaptieve cruise control*54  
Standby -modus voor cruise control  
Automatische standby -modus  
Activering van de automatische standby -modus kan zijn  
Vanwege een van de volgende:  
Cruise Control (CC53) kan worden gedeactiveerd en  
ingesteld in de standby -modus. Dit kan plaatsvinden  
naar bestuurderinterventie of automatisch.  
Standby -modus betekent dat de functie is  
geselecteerd in het display van de stuurprogramma maar niet geactiveerd.  
In dit geval reguleert cruise control niet  
snelheid.  
De adaptieve cruise control (ACC55) kan helpen  
de bestuurder om een ​​constante snelheid te behouden,  
gebineerd met een vooraf ingestelde tijdsinterval aan de voertuig  
Cle vooruit.  
De wielen verliezen tractie.  
Het motortoerental is te laag/hoog.  
De remtemperatuur is te hoog.  
De snelheid daalt onder 30 km/u (20 mph).  
De bestuurder moet dan de snelheid regelen  
Zelf/zichzelf.  
Standby -modus bij interventie van stuurprogramma's  
Cruise control is gedeactiveerd en ingesteld op  
Standby -modus Als er een van de volgende plaatsvindt:  
Gerelateerde informatie  
De voetrem wordt gebruikt.  
De tandwielselector wordt verplaatstNpositie.  
Het koppelingspedaal wordt voor depressief gehouden  
langer dan 1 minuut.  
De bestuurder handhaaft een snelheid hoger dan  
de opgeslagen snelheid langer dan 1 minuut.  
De camera- en radar -eenheid meet de afstand tot  
het voertuig vooruit.  
De bestuurder moet dan de snelheid regelen  
Zelf/zichzelf.  
Een adaptieve cruise control kan een meer bieden  
Ontspannende rijervaring op lange reizen op  
snelwegen en lange rechte hoofdwegen in  
glad verkeersstromen.  
Een tijdelijke snelheidstoename met de versnelling  
erator pedaal, b.v. tijdens het inhalen, niet  
invloed op de instelling - de auto keert terug naar de laatste  
opgeslagen snelheid wanneer het gaspedaal is  
uitgegeven.  
De bestuurder selecteert de gewenste snelheid en een  
tijdsinterval naar het voor ons liggende voertuig. Als de cam-  
ERA en radar -eenheid detecteren een langzamer voertuig in  
Voorkant van de auto, de snelheid is aangepast automatisch  
ically via het vooraf ingestelde tijdsinterval naar het voertuig.  
53  
Cruisecontrole  
54  
Deze functie kan als standaard of optie zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
55  
}}  
* Optie/accessoire. 303  
 
Driversteun  
||Als de weg weer vrij is, keert de auto terug naar  
Gerelateerde informatie  
WAARSCHUWING  
de geselecteerde snelheid.  
Drijfondersteuningssystemen (p. 266)  
De functie is aanvullend stuurprogramma  
Ondersteuning bedoeld om het rijden te vergemakkelijken  
en het veiliger maken - het kan niet alles aan  
situaties in alle verkeer, weer en  
Wegomstandigheden.  
De adaptieve cruise control is gericht op:  
Reguleer de snelheid soepel. In situaties  
die eis plotseling de bestuurder remmen  
moet zichzelf remmen. Dit geldt in  
gevallen van grote snelheidsverschillen of als de  
Voertuig in voorremmen plotseling. Vanwege  
De beperkingen van de radareenheid, remmen  
Kan onverwacht of helemaal niet komen.  
De bestuurder wordt geadviseerd om alle sec-  
in de handleiding van de eigenaar die betrekking hebben  
naar deze functie om te leren over factoren  
zoals zijn beperkingen en wat de  
Bestuurder moet op de hoogte zijn voordat u gebruikt  
het systeem.  
Volg het voertuig dat in dezelfde rijstrook is  
Op een tijdsinterval ingesteld door de bestuurder. Als de  
Radar -eenheid kan geen enkel voertuig vooraan zien  
dan zal de auto in plaats daarvan de  
Speed ​​set en opgeslagen door de bestuurder. Dit  
vindt ook plaats als de snelheid van het voertuig  
vooruit toeneemt en de opgeslagen overschrijdt  
snelheid.  
Symbolen en berichten voor adaptief  
cruisecontrole*(p. 311)  
Driversteunondersteuningsfuncties zijn geen sub-  
steden voor de aandacht van de bestuurder en  
oordeel. De bestuurder is altijd  
verantwoordelijk voor het verzekeren van de auto  
op een veilige manier gedreven, op de goedkeuring  
Priate snelheid, met een geschikte dis-  
tance naar andere voertuigen, en in overeenstemming  
anne met huidige verkeersregels en reg-  
ulaties.  
Waarschuwing voor de ondersteuning van de bestuurder in het evenement  
van een botsingsrisico (p. 324)  
Stel het tijdsinterval in op voertuig voor ons (p. 326)  
Stel de opgeslagen snelheid in voor de ondersteuning van de bestuurder  
(p. 325)  
Automatisch remmen met ondersteuning van de bestuurder  
(p. 328)  
Wijziging van het doel met ondersteuning van de bestuurder  
(p. 325)  
Hulp bijhouden*(p. 323)  
Onderhoud van de ondersteuningscomponenten van de bestuurder  
mag alleen worden uitgevoerd op een workshop -  
Een geautoriseerde Volvo-workshop is aanbevolen  
hersteld.  
304  
* Optie/accessoire.  
Driversteun  
Verhoogt het tijdsinterval naar voertuigen  
vooruit  
Controles voor adaptieve cruise  
Display -modus voor adaptieve cruise  
controle*56  
controle*58  
Vermindert het tijdsinterval tot voertuigen  
vooruit  
Een samenvatting van hoe adaptieve cruise control  
(ACC57) wordt gecontroleerd met de linker toets-  
pad op het stuurwiel en hoe de func-  
wordt weergegeven in het display.  
Het volgende afbeeldingsvoorbeeld laat zien hoe  
Adaptieve cruise control (ACC59) kan zijn  
weergegeven in het display in de verschillende context.  
Doelvoertuigindicator: de functie heeft  
gedetecteerd en volgt een doelvoertuig  
op het vooraf ingestelde tijdsinterval  
Snelheid  
Symbool voor tijdsinterval voor voertuigen die voor ons liggen  
Gerelateerde informatie  
:Uit de stand -by -modus- Activeert en  
slaat de huidige snelheid op  
Indicatie van snelheden  
Opgeslagen snelheid  
:Uit de actieve modus- Deactiveert/  
Wijzigingen in stand -by -modus  
Snelheid van het voertuig vooruit  
Huidige snelheid van uw auto  
: Activeert de functie van stand -by  
Modus en hervatten opgeslagen snelheid  
: Verhoogt de opgeslagen snelheid  
: Vermindert de opgeslagen snelheid  
56  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
57  
58  
}}  
* Optie/accessoire. 305  
 
Driversteun  
||  
Tijdsinterval  
Adaptief selecteren en activeren  
cruisecontrole*61  
Het tijdsinterval is alleen  
aangepast aan het voertuig voor ons  
door de adaptieve cruise control  
Wanneer het afstandssymbool  
toont twee voertuigen. Bij de  
dezelfde tijd is een snelheidsbereik  
gemarkeerd.  
Adaptieve cruise control (ACC62) moet eerst zijn  
geselecteerd en vervolgens geactiveerd om het in te schakelen  
controlesnelheid en afstand.  
Tijdens het rijden  
In het volgende illustratieve voorbeeld, de weg  
ondertekenen informatie*(RSI60) functie informeert de  
bestuurder die de maximaal toegestane snelheid is  
130 km/u (80 mph).  
De vorige illustratie laat zien dat de aanpassing  
Tive Cruise Control is ingesteld om 110 km/u te behouden  
(68 mph) en tegelijkertijd een  
Voertuig vooruit dat hetzelfde blijft  
snelheid.  
Om de functie te starten vereist het volgende:  
Gerelateerde informatie  
De veiligheidsgordel van de bestuurder moet worden vastgehouden en  
Het bestuurdersportier moet gesloten zijn.  
Er moet een voertuig zijn (de "doelvoert  
cle ") op redelijke afstand voor  
De vorige illustratie laat zien dat de aanpassing  
Tive Cruise Control is ingesteld om 110 km/u te behouden  
(68 mph) en dat er geen voertuig is  
volgen.  
59  
Adaptieve cruise control  
Road Sign Information  
60  
306  
* Optie/accessoire.  
 
Driversteun  
de auto, of de huidige snelheid moet zijn  
minimaal 15 km/u (9 mph).  
Adaptieve cruise deactiveren  
WAARSCHUWING  
controle*63  
Een aanzienlijke toename van de snelheid kan volgen  
Wanneer de snelheid wordt hervat met de  
Stuurwielknop.  
De adaptieve cruise control (ACC64) kan zijn  
gedeactiveerd en uitgeschakeld.  
Voor auto's met handmatige versnellingsbak. Snelheid  
Moet op de laagste 30 km/u (20 mph) zijn.  
1. Druk op de stuurwielknop(2) of▶  
(3) om naar de adaptieve cruise control te scrollen  
Gerelateerde informatie  
symbool  
(4).  
> De Symbool is grijs - het adaptief  
Cruise control is in standby -modus.  
2. Wanneer Speed ​​Limiter is geselecteerd - druk op de  
stuurknop  
(1) activeren.  
> De Symbool is wit - de snelheidsbegrenzer  
wordt gestart en de huidige snelheid is  
opgeslagen als maximale snelheid.  
Reactiverende adaptieve cruise control naar  
de laatste opgeslagen snelheid  
Druk op de stuurwielknop  
(2).  
1.  
> De Symbool en indicatoren worden grijs -  
De adaptieve cruise control is ingesteld  
Standby -modus. De indicator voor tijd  
interval en symbool voor doelvoertuig, als  
Geactiveerd, zijn ook uitgeschakeld.  
Wanneer de adaptieve cruise control is  
Geselecteerd- Druk op het stuur maar  
ton  
om te activeren.  
> De cruise control markeringen en sym-  
bols in de display van de bestuurder veranderen kleur  
Van grijs tot wit - de auto zal  
Volg nu de meest recent opgeslagen  
snel snel.  
61  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
62  
63  
64  
}}  
* Optie/accessoire. 307  
 
Driversteun  
||2. Druk op de stuurwielknop(1) of▶  
Standby -modus voor adaptieve cruise  
WAARSCHUWING  
controle*65  
(3) om te veranderen in een andere functie.  
Met de adaptieve cruise control is binnen  
Standby-modus, het stuurprogramma moet inter-  
Vene en reguleer zowel snelheid als  
Tance naar het voertuig dat voor ons ligt.  
Adaptieve cruise control (ACC66) kan worden gedeact-  
Tivated en ingesteld op stand -by -modus. Dit kan  
vinden plaats vanwege de interventie van de bestuurder of auto-  
Matisch.  
Standby -modus betekent dat de functie is  
geselecteerd in het display van de stuurprogramma maar niet geactiveerd.  
Adaptieve cruise control reguleert dan niet  
de snelheid of afstand tot het voertuig vooraan.  
> De het symbool van het display en indica-  
Tor voor adaptieve cruise control (4) zijn  
Uitgeschakeld - die de opgeslagen verwijdert  
Maximale snelheid.  
Wanneer de adaptieve cruise control is binnen  
Standby -modus en de auto komt ook  
Dicht bij een voertuig voor de boeg kan de bestuurder  
Wees gewaarschuwd voor de korte afstand door de  
Afstandswaarschuwing*Functie in plaats daarvan.  
WAARSCHUWING  
Met de adaptieve cruise control is binnen  
Standby-modus, het stuurprogramma moet inter-  
Vene en reguleer zowel snelheid als  
Tance naar het voertuig dat voor ons ligt.  
Standby -modus bij interventie van stuurprogramma's  
De adaptieve cruise control is gedeactiveerd en  
ingesteld in stand -by -modus als een van de volgende  
komt voor:  
Automatische standby -modus  
WAARSCHUWING  
Wanneer de adaptieve cruise control is binnen  
Standby -modus en de auto komt ook  
Dicht bij een voertuig voor de boeg kan de bestuurder  
Wees gewaarschuwd voor de korte afstand door de  
Afstandswaarschuwing*Functie in plaats daarvan.  
De voetrem wordt gebruikt.  
Met automatische standby -modus is het stuurprogramma  
gewaarschuwd via een akoestisch signaal en een mes-  
salie op het display van de bestuurder.  
De tandwielselector wordt verplaatstNpositie.  
De bestuurder handhaaft een snelheid hoger dan  
de opgeslagen snelheid langer dan 1 minuut.  
Gerelateerde informatie  
De bestuurder moet vervolgens de auto reguleren  
snelheid, breng de remmen aan indien nodig  
een veilige afstand behouden tot andere voertuig  
CLES.  
Het koppelingspedaal is ongeveer depressief. 1  
Minute - is van toepassing op auto's met handmatige versnelling-  
doos.  
Een tijdelijke snelheidstoename met de versnelling  
erator pedaal, b.v. tijdens het inhalen, niet  
invloed op de instelling - de auto keert terug naar de laatste  
opgeslagen snelheid wanneer het gaspedaal is  
uitgegeven.  
65  
66  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
308  
* Optie/accessoire.  
Driversteun  
Automatische standby -modus kan zich bezighouden met  
het evenement van een van de volgende:  
Gerelateerde informatie  
Beperkingen voor adaptieve cruise  
controle*68  
Adaptieve cruise control (ACC69) kan hebben  
Beperkingen in bepaalde situaties.  
Een van de systemen die cruise aanpassen  
Controle is afhankelijk van stops met werken,  
bijv. stabiliteitscontrole / anti-skid (ESC67).  
Steile wegen en/of zware lading  
Houd er rekening mee dat de adaptieve cruise control is  
voornamelijk bedoeld voor gebruik bij het rijden  
Level wegoppervlakken. De functie kan verschillen  
ficulty bij het behouden van de juiste afstand van de  
Voertuig vooruit tijdens het rijden op steile downhill  
hellingen - in welk geval, extra attent zijn en  
Klaar om te remmen.  
De bestuurder opent de deur.  
De bestuurder trekt de veiligheidsgordel uit.  
Het motortoerental is te laag/hoog.  
Een of meer wielen verliezen grip.  
De remtemperatuur is hoog.  
De parkeerrem wordt toegepast.  
De camera- en radar -eenheid is bedekt door  
bijv. sneeuw of zware regenval (cameralens/  
Radiogolven zijn geblokkeerd).  
Gebruik geen adaptieve cruise control als de auto  
heeft een zware lading of een trailer is verbonden met  
de auto.  
De snelheid is minder dan 5 km/u (3 mph) en  
ACC is onzeker of het voertuig  
vooruit is een stationair voertuig of een object,  
zoals een speedbult.  
Drive -modus niet beschikbaar  
Drive -modusBuiten de wegKan niet worden geselecteerd  
Wanneer de adaptieve cruise control wordt geactiveerd.  
De snelheid is minder dan 5 km/u (3 mph) en  
het voor ons voorgaande voertuig wordt zo uitgeschakeld, zodat ACC NR  
langer heeft een voertuig om te volgen.  
Snelheid wordt verlaagd tot minder dan 30 km/u  
(20 mph) - alleen van toepassing op auto's met man-  
ual versnellingsbak.  
67  
68  
69  
Elektronische stabiliteitsregeling  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Adaptieve cruise control  
}}  
* Optie/accessoire. 309  
 
Driversteun  
||  
Verandering tussen cruise control  
en adaptieve cruise control*70in  
het middelste display  
Wanneer de normale cruise control (CC71) is  
geselecteerd in het stuurprogramma -display, het is mogelijk om  
Verander naar adaptieve cruise control (ACC72) in  
De functieweergave van het centrumweergave.  
Activeren of deactiveren van de  
Gerelateerde informatie  
WAARSCHUWING  
Dit is geen botsingsmisvermeldingssystemen  
Tem. De bestuurder is altijd verantwoordelijk  
en moet ingrijpen als het systeem dat doet  
Detecteer een voertuig niet vooruit.  
De functie remt niet voor  
mensen of dieren, en niet voor kleine  
Voertuigen zoals fietsen en motorrijders-  
CLES. Noch voor lage trailers, tegenlingen,  
Langzame of stationaire voertuigen en objecten.  
functie met deze knop in  
de functie van het centrumweergave  
weergave.  
Gebruik de functie niet in veeleisend  
situaties, zoals in stadsverkeer, op  
knooppunten, op gladde oppervlakken, met een  
veel water of slush op de weg, in  
zware regen/sneeuw, in slecht zicht, op  
kronkelende wegen of op slipwegen.  
Green Button indicatie - adaptief  
Cruise control is gedeactiveerd en normaal  
Cruise control is ingesteld in de standby -modus.  
Grijze knopindicatie - normale cruise  
Controle is gedeactiveerd en adaptieve cruise  
Controle is ingesteld in de standby -modus.  
Deze functie gebruikt de camera van de auto en  
radar-eenheden, die bepaalde algemene limiet hebben  
itaties.  
Een symbool in het display van de bestuurder toont welke  
Cruise control is actief:  
Cruisecontrole  
(CC)  
Adaptieve cruise con-  
Trol (ACC)  
Gerelateerde informatie  
A
A
Beperkingen voor camera- en radar -eenheid  
(p. 387)  
A
Wit symbool: functie Actief, grijs symbool: stand -by  
modus  
70  
71  
Deze functie kan standaard of optioneel zijn, afhankelijk van de markt.  
Cruisecontrole  
Adaptieve cruise control  
72  
310  
* Optie/accessoire.